Markerwad nou weer?

Geplaatst op door Jeroen Verhoeff
  • De vernietiging van de natuur in Nederland is sinds enige decennia wat minder succesvol aan het verlopen. Ik had het dertig jaar geleden niet geloofd als men mij toen zou voorspellen dat er hier weer otters, zeearenden, slechtvalken en kraanvogels zouden willen gaan vertoeven. Laat staan dat sommige trekvissen terug keren, en er hier af en toe zelfs een lynx, wolf en wilde kat rond drentelt. Maar wtf! Ehh.. ik bedoel: Potjandosie; het is echt gebeurd! Wat een feest!
  • .
  • OVP
  • .
  • Het hier bovenstaande is volgens mij mede mogelijk geworden door het meest interessante, grote natuur-experiment van de afgelopen eeuwen; de Oostvaardersplassen. In elk ondiep stuk water met een voedselrijke bodem dat je enigszins met rust laat ontstaat bliksemsnel een vogelparadijs. In de Oostvaardersplassen werd dat proces enorm extra gestimuleerd door het toepassen van natuurlijk wisselende waterstanden en de terugkeer van een aantal eerder uitgeroeide, landschapsbepalende diersoorten. Door al dit nieuw ontstane natuurmoois begonnen sommigen van ons in te zien dat er in ons extreem gerepte landje toch nog misschien meer mogelijk was dan grutto-kwekerijen en akkeronkruidreservaatjes. Een nieuw soort natuurdenken was ontstaan dat hier, maar vooral ook overal in het buitenland, tot allerlei razend interessante natuurbeschermingsprojecten heeft geleid.
  • .
  • Diezelfde Oostvaardersplassen ogen intussen echter als een doorsnee modern boerenweiland; saai en soortenarm, maar met veel kilo’s per vierkante meter. Europese regels, onwil en onkunde beletten het handhaven of toepassen van een natuurbevorderend en duurzaam ‘zelfbeheer’ van het gebied. De dynamiek is er uit en de politiek zit er in. Want als je een zelfvoorzienend, rivier-begeleidend kleimoeras wilt creëren zonder een rivier en zonder natuurlijk verlopende waterhoogtes leg je de lat natuurlijk ook best hoog. En als niet het voedselaanbod of de wolf, maar geld en emoties bepalen wat er gebeurt… tsja. Dan kan je het nog even verbeten de ‘Nieuwe Wildernis’ blijven noemen, maar de glans is er dan toch echt af.
  • .
  • Maar dit is voor ons, voortvarend en inventief volkje dat we zijn, geen probleem. We beginnen gewoon opnieuw!
  • .
  • OPNIEUWE NATUUR
  • .
  • ‘Nederland krijgt er een nieuwe eilandengroep bij: de Marker Wadden. In het Markermeer verrijst een archipel van natuureilanden. Marker Wadden zorgt ervoor dat de natuur in het gebied weer opleeft. Hier ontstaat een natuurparadijs voor vogels, vissen en mensen’.
  • .
  • Dit lijkt dus het nieuwe parade-konikpaardje van natuurminnend Nederland te moeten gaan worden, er wordt zelfs al hoopvol gesproken van broedende kroeskoppelikanen! Het hele circus begint weer opnieuw: ronkende PR praatjes die de wat kritische tegengeluidjes overstemmen en een gebied dat de eerste twintig jaar waarschijnlijk inderdaad ook even allerlei leuke beestjes te zien geeft, zoals elke nieuw ondiep (klei)moeras dat steeds weer laat zien. Ik ben echter bang dat  het daarna ook hier weer zal verzanden in typische ‘gepolder’. Door allerlei, vooral politieke redenen zal het dynamische er snel af zijn en hebben we er straks weer een stagnerend en soortenarm ‘nieuwe cultuur’-landschap bij, inclusief het enorme en dure pakket aan beheersmaatregelen waarmee we dat soort landschappen altijd denken te moeten verzorgen.
  • ..
  • Want het woord ‘natuur’ heeft weinig betekenis meer. De oorspronkelijke definitie: ‘Landschap dat niet of nauwelijks door de mens beroerd werd en wordt’, spreekt de meesten van ons namelijk niet zo aan. Als je die beschrijving hanteert bestaat er namelijk simpelweg geen natuur meer in Nederland. Er is slechts ongerept cultuurlandschap wat ons hier rest. Het ene stukje heeft weliswaar een hogere natuurwaarde dan het andere stukje, maar natuur is het per definitie dus niet. En hoe kan je jezelf nu een natuurbeschermingsorganisatie noemen als  het voorwerp van je adoratie er niet meer is? Dan creëer je gewoon monsterlijke, want zichzelf-tegensprekende, begrippen als ‘stadsnatuur’ en ‘boerennatuur’. Begrijp me niet verkeerd; de passie, goedbedoelendheid en vaak ook het nut op zich staan hierbij vaak buiten kijf, maar noem het geen natuur alstublieft.
  • .
  • OOIT
  • .
  • Ooit was er op de plek van het huidige markermeer een rijke, bijzondere en dynamische zoute delta-natuur, totdat de mens er een afgesloten, saaie, zoete fosfaatbak van maakte. Dat leverde zeker wel vis en vogels op, totdat men het water weer schoner, oftewel fosfaatarmer, oftewel voedselarmer liet worden. Dit en nog wat andere, minder duidelijke redenen als wind-slib-opwaai-vertroebeling leidde tot het stationaire en behoorlijk levenloze markermeer dat we nu hebben.
  • ..
  • Dus vandaar de ‘Markerwadden’. Dan kunnen we straks weer trots zijn op de prachtige natuur die we toch maar weer eens voor onszelf gemaakt hebben, dan kunnen we weer volop genieten van allerlei vogeltjes (de enige dieren die we serieus proberen te beschermen!) en dan kunnen we onze bagger-knowhow weer fijn verkopen aan het buitenland.
  • .
  • NIEUWE NATUUR
  • .
  • Ondanks dat het begrip ‘nieuwe natuur’ dus ook aldoor gebruikt wordt door mensen die de oorspronkelijke definitie van het woord natuur niet willen kennen, en ondanks de enigszins onnatuurlijke projecten als deze Markerwadden, is nieuwe natuur volgens mij echter toch de juiste weg om vrolijk verder te gaan bewandelen. Oude natuur is er namelijk niet meer, dus willen we onszelf ooit weer Nederlandse natuurbeschermers durven gaan noemen, is ‘nieuwe natuur’ de enige optie die ons nog rest.
  • .
  • Maar laten we het dan ‘per definitie’ doen: een nieuw soort natuur, gebaseerd op onze oude natuur (dus ‘oer’, rijk, inheems en authentiek) zelfvoorzienend (dus kostenloos ofwel zelfs geldopbrengend) en onafhankelijk (crisis of geen crisis).
  • .
  • .